Adriaan

De vijfjarige Adriaan wordt geconfronteerd met de dood van zijn hondje Stippie. Elke aflevering begint met: "Mijn naam is Adriaan en mijn hondje Stippie is zojuist dood gegaan". In de vijf afleveringen is te zien hoe Adriaan op zijn eigen wijze probeert de dood van zijn hondje een plek te geven. Letterlijk en figuurlijk. Hij heeft daarbij de hulp van zijn vriendje Teun, zijn vader en moeder en mevrouw Rabbers.